De stad Lissabon staat op de tweede plaats in de ranglijst van de "City Costs Barometer" van Post Office Travel Money als de goedkoopste Europese stad voor een stedentrip, na een vergelijking van de 20 Europese steden die Britse toeristen als hun belangrijkste keuze voor een stedentrip aangaven.
In de "City Costs Barometer" staat de Portugese hoofdstad achter Athene, waaruit blijkt dat voor het eerst in 15 jaar stedentrips in West-Europa goedkoper zijn dan hun tegenhangers in het oosten.
De kosten voor een vakantie in Lissabon, voor een weekendverblijf (twee dagen) in een driesterrenhotel, met een diner voor twee personen en enkele activiteiten, bedragen 218 pond (ongeveer 248 euro). In de analyse van de Post Office Travel Money barometer staat echter dat "de prijzen in de Portugese hoofdstad sinds vorig jaar met 21 procent zijn gestegen, waarbij de kosten voor twee overnachtingen zijn gestegen van 73 pond (iets meer dan 85 euro) in september 2021 tot de huidige 115 pond (ongeveer 130 euro)".
Lissabon verschijnt ook op de tweede plaats bij de analyse van de (laagste) prijs voor een (driegangen)maaltijd, met een prijs van 41 pond (ongeveer 47 euro).
In de top 10 van de "City Costs Barometer" staan de volgende steden: Krakau (Polen) 249 euro; Riga (Letland), 251 euro; Boedapest (Hongarije), 252 euro; Praag (Tsjechië), 283 euro; Madrid (Spanje), 340 euro; Berlijn (Duitsland), 361 euro; Dubrovnik (Kroatië), 362 euro; en Rome (Italië), 395 euro.