In een verklaring zei het uitvoerend orgaan van de EU dat het "een inbreukprocedure had ingeleid" tegen Portugal en ook Slowakije, door deze EU-landen een schriftelijke aanmaning te sturen omdat ze de Europese bepalingen over de beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur niet hadden omgezet in hun nationale wetgeving, in het kader van de wet die is gemaakt over het gebruik van materialen zoals lood, kwik en cadmium met normen voor de bescherming van de menselijke gezondheid en het milieu.
Concreet gaat het om een vrijstelling voor cadmium en lood in kunststofprofielen in elektrische en elektronische ramen en deuren die teruggewonnen hard polyvinylchloride bevatten, aangezien er ook beperkte, in de tijd beperkte uitzonderingen zijn op de beperkingen voor het gebruik van verschillende stoffen.
Deze vrijstelling is gebaseerd op de kunststofprofielen van elektrische ramen en deuren, die gemaakt zijn van teruggewonnen polyvinylchloride (PVC), dat volgens Brussel "een hoog niveau van milieubescherming waarborgt door de recycling van gebruikt PVC-materiaal mogelijk te maken".
De deadline voor de goedkeuring en publicatie van nationale omzettingsmaatregelen eindigde op 31 juli 2024, maar volgens de instelling hebben noch Portugal noch Slowakije dit gemeld, een situatie die aanleiding gaf tot deze schriftelijke aanmaningen, waarop de landen twee maanden de tijd hebben om te reageren en het proces af te ronden.
"Als er geen bevredigend antwoord komt, kan de Commissie besluiten een met redenen omkleed advies uit te brengen", het begin van een juridische procedure, aldus Brussel in de nota.