António Costa bracht dit standpunt over aan ISCTE, in Lissabon, nadat hem was gevraagd of er een mogelijkheid bestaat dat de toekomstige hogesnelheidslijn uitsluitend door Spaanse treinen zal worden geëxploiteerd.
"Niemand zet zich meer in om dit risico te beperken dan de regering en ervoor te zorgen dat de hogesnelheidstreinen Portugees zijn", antwoordde de premier.
Onmiddellijk daarna merkte de leider van de uitvoerende macht echter op dat Portugal in 1986 tot de Europese Unie is toegetreden en als zodanig onderworpen is aan de regels met betrekking tot de interne markt, concurrentie en overheidsopdrachten.
"Daarom hebben we de politieke wil, maar we hebben ook de verplichting ons te houden aan de wettelijke beperkingen", benadrukte hij.
Volgens António Costa is er in de Europese regels een duidelijke scheiding tussen het natuurlijke monopolie, de infrastructuur, en de vervoersdienst, die door concurrentie kan worden gewaarborgd.
"In Portugal hebben we lijnen waar de dienst niet door CP wordt geleverd, maar door een particuliere exploitant die de aanbesteding van CP heeft gewonnen. Dit model, waarbij de infrastructuur openstaat voor het verkeer van meerdere treinen, is vandaag de dag een gegeven in de Europese interne markt", zei hij.