In een regionaal rapport over Europa merkt het IMF op dat de vastgoedmarkten in de hele regio tekenen van overwaardering vertonen, ook in Portugal.
"De reële huizenprijzen zijn sinds 2015 verdubbeld in Tsjechië, Hongarije, IJsland, Luxemburg, Nederland en Portugal", luidt het rapport. Technici van het IMF onderstrepen dat "sinds de pandemie het verschil tussen huizenprijzen en inkomens, en tussen huizenprijzen en huren, nog groter is geworden".
Volgens de rekeningen van de instelling van Bretton Woods liggen de verhoudingen huizenprijzen/inkomens momenteel meer dan 30% boven de langetermijntrends, terwijl de verhoudingen huizenprijzen/inkomens "ook ver boven de historische normen liggen, ook in economieën van Noord-Europa of opkomende Europese landen".
In die zin stelt het IMF erop dat empirische modellen wijzen op een overwaardering van 15-20% in de meeste Europese landen, maar omdat de huren op de banken nog steeds stijgen en de reële inkomens worden aangetast door de inflatie, "zijn de huizenprijzen onlangs op veel markten gedaald."
De IMF-directeur voor Europa adviseert de autoriteiten van Europese landen met huisvestingsproblemen, zoals Portugal, "waakzaam te zijn" voor de risico's voor de financiële stabiliteit en stelt oplossingen voor aan de aanbodzijde.
"De huizenprijzen zijn de afgelopen tien jaar in een aantal landen sterk gestegen en dat was te danken aan de lage rente gedurende een relatief lange periode. Vervolgens hebben we in een aantal landen tijdens de pandemie nog een impuls gekregen doordat mensen zijn overgestapt op telewerken", aldus Alfred Kammer.